De Bijbelboeken van het Oude Testament

Korte toelichtende samenvattingen op de Bijbelboeken van het Oude Testament.


De Bijbelboeken van het Oude Testament zijn in eerste instantie gegeven aan de Joden. Zij noemen hen bij elkaar TeNaCH.

TeNaCH is een Hebreeuws acroniem dat is gevormd uit de eerste letters van de drie onderdelen waaruit het Oude Testament is opgebouwd:

  1. T van Thora (Wet, onderwijzing)
  2. N van Nevie’iem (Profeten)
  3. CH van Ketoeviem (Geschriften).

Het is een andere indeling dan wij kennen. Hieronder volgt de indeling zoals wij die kennen.


De Thora, ook wel de Vijf boeken van Mozes genoemd, of de (Pentateuch):
De Bijbelboeken van het Oude Testament
Mozes

1. Genesis (Ontstaan, wording, oorsprong, geboorten) beschrijft:

  • de schepping van de hemel, aarde en de mensheid,
  • de zondeval, Adam en Eva,
  • de torenbouw van Babel, spraakverwarring,
  • de zondvloed, Noach,
  • de verbondssluiting met Abraham,
  • het ontstaan van het volk Israël.

2. In Exodus (Uittocht, verlossing) is Mozes de centrale figuur en beschrijft:

  • de bevrijding van Israël uit de macht van Egypte,
  • de 40-jarige woestijnreis,
  • de verbondssluiting van God met Israël en het geven van de tien geboden en andere voorschriften,
  • de bouw van de tabernakel als woning voor God.

3. Leviticus (Hechting, verbinding) is het hart van de Thora met de grote verzoendag als hoogtepunt. Het is dus eigenlijk het hart van God. God maakt het via leefregels mogelijk om een liefdesrelatie met Hem te hebben.

Het bevat de voorschriften voor:

  • De priesters en de Levieten, afstammelingen van Aäron,
  • Het heiligdom, wat is rein en wat onrein,
  • De eredienst,
  • Het godsdienstig leven, wat is een heilig leven.

4. Numeri (Getallen, Verwijst naar twee volkstellingen) beschrijft de lotgevallen van Israël tijdens de woestijnreis en de daarop volgende intocht in Kanaän, het Beloofde Land.


5. Deuteronomium (Tweede wet) is een terugblik van Mozes. Daarmee staan er veel herhalingen in uit de eerdere boeken, maar dan op een rijtje gezet met uitleg en toepassing.
Als laatste vermeldt het de opvolger van Mozes, Jozua, en het sterven van Mozes.


De acht geschiedkundige boeken:

6. Jozua beschrijft:

  • – de intocht in Kanaän,
  • – De verdeling van Kanaän over de twaalf stammen,
  • – Afscheidsrede en sterven van Jozua

Een zeer bemoedigende tekst is, als Jozua voor de inname van Kanaän staat, dat God tot driemaal zegt: Wees sterk en moedig! Sidder niet en word niet verschrikt, want de Here, uw God, is met u, overal waar gij gaat. Jozua 1:6-9.


7. Richteren (rechters, leiders). Deze personen traden op in noodsituaties als redders. Wanneer het volk afdwaalde van het dienen van God, dan liet God het toe dat omringende volken hen bestreden. Wanneer echter het volk tot inkeer kwam, trad een richter op die redding bracht.
Het laat echter ook zien dat zonder duidelijke leiding het volk snel moreel vervalt en iedereen maar deed wat in eigen ogen goed was.


8. Ruth. Bij een hongersnood vertrekken Naomi, haar man en twee zonen naar Moab. Daar trouwen de beide zonen. De man en de twee zonen overlijden. Naomi keert terug naar Israël. Aanvankelijk gaan de twee schoondochters mee. Maar halverwege maant Naomi hen terug te gaan naar hun eigen land. Echter Ruth wenst absoluut mee te gaan. Zij doet dat met onder andere de woorden: “. . . . Uw volk is mijn volk en uw God is mijn God . . . . .”.
Uiteindelijk trouwt Boaz haar. Daarmee werd Ruth zelfs voorouder van Jezus.


9. 1 en 2 Samuël (is de laatste richter)

-> 1 Samuël beschrijft:

  • het optreden van Samuël als politiek en godsdienstig leider en het ontstaan van het koningschap,
  • de aanstelling van Saul als koning en zijn neergang,
  • dat gehoorzaamheid aan God voorspoed brengt en ongehoorzaamheid onheil tot gevolg heeft.

-> 2 Samuël beschrijft:

Koning David als een man van groot geloof en een intense toewijding aan God, maar ook als een meedogenloze moordenaar. Tegelijk, als hij op zijn zonden wordt gewezen, vernedert hij zich en belijdt hij zijn schuld. Daarom noemt God hem toch een man naar Zijn hart, 1Samuel 13:14; Handelingen 13:22.


10. 1 en 2 Koningen (koningsgeschiedenissen)

-> 1 Koningen beschrijft:

  • de tempelbouw door Salomo,
  • de tweedeling van Israël en Juda,
  • de geschiedenissen van de koningen,
  • met grote nadruk de rol van de profeten die de koning en het volk en Woord van God bekend maakten en vaak waarschuwend moesten optreden.

-> 2 Koningen beschrijft:

  • de verdere geschiedschrijving van de koningen van Israël en Juda,
  • de voortdurende ontrouw aan God met als gevolg:
  • de wegvoering in ballingschap,
  • de verwoesting van Jeruzalem en de tempel.

11. 1 en 2 Kronieken (koningsgeschiedenissen van Juda)

-> 1 Kronieken beschrijft:

  • een beknopt overzicht van de geschiedenis van Adam tot David,
  • het koningschap van David,
  • de voorbereiding van de tempelbouw.

-> 2 Kronieken beschrijft:

  • het koningschap van Salomo
  • het koninkrijk Juda

12.  Ezra en Nehemia beschrijven de terugkeer uit ballingschap en de herbouw van de tempel en de stadsmuur.
Ezra was een priester en deskundig in de wet van Mozes en trad op tegen overtredingen daartegen, door onder andere de gemengde huwelijken.
Nehemia geeft met name leiding aan de herbouw en de vernieuwing van het godsdienstig leven.


13. Esther beschrijft het verhaal dat een joods meisje dat tijdens de ballingschap in Perzië koningin wordt. Zij weet met gevaar voor haar leven (“Kom ik om, dan kom ik om”) het uitroeien van haar volksgenoten te voorkomen.


Vijf dichterlijke boeken:

14. Job. Dit boek wordt gerekend tot de klassieken van de wereldliteratuur vanwege de beeldrijke taal, de prachtige poëzie, maar vooral vanwege het feit dat de vraag naar de zin van het lijden en de rol van God daarbij diepgaand aan de orde komt.


15. Psalmen(liederen bij snarenspel) Dit boek wordt wel het troostboek genoemd. Dit omdat in de psalmen op diep-menselijke wijze wordt bezongen wat mensen ervaren in hun relatie met God en God regelmatig wordt gevraagd waarom die dingen gebeuren en waarom Hij niet ingrijpt. Maar zij eindigen toch allemaal (m.u.v. Psalm 88 het gedicht van Heman) met een lofzang op God omdat Hij uitredt.

Zeer bekend is psalm 23: “De Heer is mijn Herder, mij ontbreekt niets.”


16. Spreuken bevat allerlei wijsheid spreuken van praktische aard over levenskunst en levenshouding. De hoogste wijsheid is echter een levende relatie met God.

Bekend is hoofdstuk 31: Het loflied op de goede vrouw.


17. In Prediker wordt diep nagedacht over de zin van het Leven. “Alles is ijdelheid” , behalve ontzag voor God en het houden van Zijn geboden.


18. Hooglied is een verzameling liefdesliederen waaruit blijkt dat liefde en erotiek zeker geen taboe zijn voor God.


De profetische boeken.
– De vijf grote profeten

19. Jesaja bevat grotendeels een verzameling profetieën, waarbij de waarschuwing is dat Israël op de Here moet vertrouwen en niet op bondgenootschappen met andere volken.

Zeer bekend is hoofdstuk 53 waar over het lijden van Jezus wordt geprofeteerd.

Maar ook hoofdstuk 61 waarin zo enorm de liefde van God spreekt als daar wordt beschreven waarom Jezus voor ons leed.


20. Jeremia bevat naast veel profetieën ook veel informatie over Jeremia zelf. Hij lijdt eronder dat het volk niet luistert en maakt mee dat zijn waarschuwende profetieën uitkomen. Namelijk: de verwoesting van de tempel en de wegvoering van het volk in ballingschap.

Zeer bekend is hoofdstuk 31 waar geprofeteerd wordt over het nieuwe verbond dat God zal sluiten en dat dan ook wordt aangehaald in het Nieuwe testament, Hebreeën 8 en 10.


21. Klaagliederen is een verzameling van vijf gedichten waarin wordt geklaagd over de verwoesting van Jeruzalem en de grote nood van de achterblijvers.


22. Ezechiël waarschuwt in eerste instantie voor de gevolgen van de afval van God. Wanneer Jeruzalem toch verwoest wordt en het volk in ballingschap gaat, troost hij het volk en spreekt hen moed in. De visioenen die hij beschrijft zijn erg moeilijk.

Hij legt tevens sterk de nadruk op de persoonlijke verantwoordelijkheid van elk mens.


23. Daniël bevat zes verhalen over Daniël en zijn vrienden die in hachelijke situaties gered worden door hun trouw en gehoorzaamheid aan God.

Zeer bekend zijn de uitleg van de droom over het beeld, Daniel in de leeuwenkuil en de vrienden in de brandende oven waaruit zij allemaal ongedeerd uitkomen.

Het boek bevat ook vier visioenen die symbolisch weergeven de opkomst en het verval van een aantal wereldrijken.


– de twaalf kleine profeten:

24. Hosea. Het alles beheersende thema in dit profetisch boekje is de gekwetste liefdesrelatie tussen God en Israël. Curieus is dat Hosea daarom op onconventionele wijze dat moet uitbeelden door met een prostituee te trouwen.


25. Joël is vooral bekend door de profetie over de komst van de Heilige Geest.


26. Amos is bekend om de profetie: “Als de leeuw brult, wie zou niet vrezen?  Als God de Heer spreekt, wie zou niet profeteren?”


27. Obadja is bekend door de profetie dat op de berg Sion ontkoming zal zijn.


28. Jona. In dit verhaal wordt duidelijk dat een profeet niet aan de opdracht van God kan ontkomen en ook dat een mens geen grens kan en mag trekken aan de genade van God voor mensen.

Bekend is het feit dat Jona drie dagen en nachten in de buik van een vis heeft gezeten. Later zal de Here Jezus dat aanhalen om aan te geven dat Hij drie dagen en nachten na zijn sterven weer zou opstaan uit de dood.

. . .

29. Micha.  Zeer bekend is de profetie over de geboorte van de Here Jezus:

“En u, Bethlehem-Efrata, al bent u klein onder de geslachten van Juda, uit u zal voortkomen Die een heerser zal zijn in Israël.”


30. Nahum. Hoewel bij Jona de Assyrische hoofdstad Nineve zich bekeert en God niet straft, kondigt God hier de definitieve ondergang van Nineve aan. God troost in deze profetie Juda en spreekt hem moed in met de aankondiging dat aan de macht van Assyrië een eind komt.


31. Habakuk worstelde ook net als wij met de vraag waarom God het lijden van onschuldigen toelaat. Toch troost hij met de gedachte dat aan dit lijden een einde komt als zij de Here trouw blijven. Bovendien kan het oordeel over de onderdrukker niet uitblijven.
Ontroerend is zijn prachtige gedicht dat eindigt met:

  • Al zal de vijgenboom niet bloeien
  • En er geen vrucht aan de wijnstok zijn,
  • Al wordt er geen olijf geplukt
  • En geven de akkers geen voedsel meer,
  • Al zal er geen schaap meer in de kooi zijn
  • En geen koe meer in de stal,
  • Nochtans zal ik juichen om de Here;
  • Jubelen in de God van mijn heil.
  • Want de Here is mijn bevrijder!
  • Hij maakt mij sterk,
  • Hij maakt mij snel als een hert,
  • Met Hem beklim ik elke hoogte.

32. Zefanja Na een krachtige oproep tot bekering besluit hij dat de Here zelf de volken reine lippen zal geven. Hij zal zich een toegewijd volk maken. Dus juich Israël, want God heeft jullie straf ingetrokken.


( De drie profeten na de ballingschap )

33. Haggaï profeteert over de herbouw van de tempel. Samen met Zacharia en Maleachi trad hij op na de ballingschap. Zijn woorden zijn erg bemoedigend voor de Israëlieten die onder grote druk de herbouw van de tempel moesten uitvoeren. Hij profeteert zelfs van de tempel in het Messiaande rijk die dan het verlangen van de heidenvolken zal zijn, een bedehuis.


34. Zacharia profeteert over het komende vrederijk. En daarmee de grote ijver van God voor Sion. Hij accepteert de aanklacht van satan niet over de zonden van zijn volk en zegt de hogepriester Jozua schone feestkleren aan te trekken.


35. Maleachi laat de liefde van God voor Israël zien.

Daarom gaat het hem om de zuivere eredienst en handhaving van de joodse identiteit. Ook profeteert hij van Johannes de Doper als voorloper van de Here Jezus.


Naar de volgende pagina voor het overzicht van de Bijbelboeken in het Nieuwe Testament.

Plaats een reactie