Echt ouder of titel van oudste
De vraag is wie zijn zij nu precies? Het gebruikte Griekse woord voor oudste is ‘presbuteros’. Het wordt in al de voorkomende teksten als bijvoeglijk naamwoord gebruikt en niet als zelfstandig naamwoord(!) en betekent letterlijk: ouder, eerbiedwaardiger. Het is de vergrotende trap van ‘presbus’, ‘oud’. Zoals met groot – groter is het oud – ouder.
En als het zonder zelfstandig naamwoord zelfstandig wordt gebruikt: voorouder.
Het gaat hier dus om letterlijk de ouderen in leeftijd!
Verzamelnaam of specifiek mannen
Er is 1 tekst waar de vrouwelijke vorm voor ouder wordt gebruikt: 1 Timotheüs 5:2 waar Paulus tegen Timotheüs zegt om met oudere mannen (presbuteroi) om te gaan als met een vader en met oudere vrouwen (presbuteras) als met moeders. In alle andere teksten wordt de mannelijke vorm gebruikt. Daarnaast zijn er nog een paar teksten die het specifieke woord voor oudere man (presbutes) of oudere vrouw (presbutis) gebruiken. Titus 2:2-3: Oude mannen ‘presbutes’ moeten nuchter zijn waardig, bezadigd. Oude vrouwen ‘presbutis’ eveneens en priesterlijk in hun optreden.
Hieruit blijkt dat wanneer het woord presbuteros wordt gebruikt daar alleen mannen mee worden bedoeld. En alle teksten die gaan over (de aanstelling van) oudsten gebruiken deze mannelijke vorm presbuteroi (mv).
[Zie voor de vraag of dit wellicht een cultureel en tijdgebonden voorschrift is en er nu wel sprake kan zijn van oudere vrouwen als oudsten het artikel: De rol en positie van de vrouw in de gemeente van Christus.]
Dat is een duidelijk voorschrift.
Al vinden wij dat een jongere man of een vrouw over de nodige vereiste kwaliteiten beschikt en is de verleiding groot om naar jongere mannen of vrouwen uit te kijken als oudere mannen in de gemeente, om welke reden dan ook, niet beschikbaar zijn, dan nog zegt de Schrift eenvoudig: stel oudere mannen aan, in alle gemeenten(20).

Oudere mannen, die daarmee als wijzen werden beschouwd waar het verstandig van was om naar te luisteren.
Ze genoten de waardigheid van hun leeftijd en levenservaring. Een ander voorbeeld is: 1 Timotheüs 5:1 vertaald met: “Vaar niet uit tegen een oude man” en even verder in vers 17 “Geef oudsten die goede leiding geven dubbele eer”, in het Grieks staat op beide plaatsen exact het zelfde woord: presbuteroi!
Ook 1Petrus 5:5 is erg duidelijk: jongeren, wees aan de oudsten onderdanig.
Als dat niet letterlijk de oudere mannen zijn, dan kunnen de overige gemeenteleden niet met jongeren aangeduid worden, terwijl dat wel gebeurt. (De HSV heeft dan ook hier nu wel vertaald met ouderen, maar nog steeds het zelfde Griekse grondwoord presbuteros).
En Petrus begint dit hoofdstuk te zeggen dat hij als medeoudste (sum-presbuteros) de oudsten (presbuteroi) aanspoort niet te heersen maar de kudde te dienen. In welke gemeente was Petrus oudste? In geen enkele! Wat hij hier zegt is dat hij als oudere man de oudere mannen aanspreekt. Dat gaat dus niet over de functie van oudste van een oudstenraad, die ook door jongeren vervuld kon worden.
Maar op dit punt raken we vaak aan persoonlijke overtuigingen en dan gaan we op zoek naar Bijbels bewijs voor onze eigen overtuiging.
In dit verband wordt dan verwezen naar Timotheüs en Titus: Die waren toch ook jong?
Zij waren echter nergens vaste voorgangers of oudsten.
Zij waren evangelisten die in pas gestichte gemeenten nog een en ander in orde moesten brengen en juist de opdracht kregen oudere mannen aan te (laten) stellen.
Samenvattend: Oudsten zijn oudere mannen in de gemeente.
Of eventueel terug naar het artikel over “de rol en positie van de vrouw in de gemeente”.
Noten
(20) Pak het probleem daar waar het ligt, namelijk de beschikbaarheid van de oudere mannen. En ga niet de bijbelse richtlijn aanpassen aan de omstandigheden.
Algemeen gesproken zullen er twee redenen zijn waarom oudere mannen niet beschikbaar zijn.
- De oudere mannen zien er van af als zij gevraagd worden.
- De zittende oudsten vinden de oudere mannen niet geschikt.
ad. 1 Hier geldt dat in principe de oudere man pas voor de vraag komt te staan als hij verkozen is en daarmee door de HG is aangewezen. Dus niet bij de mededeling dat hij op het tal wordt geplaatst. Tenzij er bij voorbaat al een evidente belemmering bekend is.
ad.2 De zittende oudsten dienen zich ernstig te realiseren dat de HG en niet zij aanwijzen. Zij toetsen ‘slechts’ de bijbelse criteria of iemand op het tal geplaatst kan worden.
Wat ik mij afvraag is het volgende: in de tijd van Jezus zijn op aarde, werden de mensen gemiddeld toch niet zo heel oud? De gemiddelde leeftijd lag toch lager dan nu? Ze trouwden toch heel jong? En als ik dan in deze tijd kijk naar voor nu jonge mannen van gemiddeld half 30/40 hoeveel kennis en wijsheid zij soms hebben vergaard, waar ligt dan de grens van de leeftijd van oudsten kunnen zijn? Soms denk ik als ik naar bijv. onze eigen gemeente kijk, en het door u geschreven woord: zijn wij wel goed bezig? Maar als ik dan zie dat God hun werk zichtbaar zegent, dan geeft mij dat rust.
Dag Betsie,
Dank voor de moeite die je neemt om te reageren.
Een paar dingen.
1 presbyter betekent letterlijk oude man. En dat is het woord dat de Bijbel gebruikt.
2 de vraag is wanneer je een oude man bent. En dat zal gemeente verschillen. Als je een gemeente hebt met veel jonge mensen, dan zal de gemiddelde leeftijd ook lager liggen en zijn de ouderen van de gemeente misschien wel rond de 40
3 het punt is dat we niet met voorbijgaan aan aanwezige letterlijk oudere mannen toch jongere mannen als oudsten kiezen.
4 niet alle oudere mannen zijn ook wijs of bezitten de gave van onderwijs. Maar het gaat om de oudere mannen die wijsheid bezitten en de gave van onderijs hebben.
5 Soms heb je een jongere man die wijzer is dan een oudere man. En als er dan wijze oudere mannen ontbreken dan kijk je vanzelf naar wat jongere mannen die die wijsheid wel bezitten.
6 ik denk dat de Bijbel dit voorschrijft omdat oudere mannen, langer op de weg van het geloof wandelen en daarmee ook kunnen voldoen aan de andere eis die aan oudsten wordt gesteld: voorbeelden zijn in het geloof en in goede werken.
7 vaak zijn jongere mannen nog vol vuur vanuit een bepaalde bediening. Als deze mannen leiding krijgen dan trekken ze de gemeente volledig scheef of overvoeren de gemeente met allerlei acties. Er zijn veel voorbeelden hiervan. Oudsten dienen juist de rust, de balans en het evenwicht in de gemeente te bewaren.