1.5.4. Noblesse oblige

Noblesse oblige: Adeldom verplicht; de mogelijkheid hebben en in staat zijn tot, geeft ook de opdracht daar iets mee te doen.

noblesse oblige
 ~~ Opdracht of mogelijkheid tot ~~

Beiden, zowel de dieren als de mens zijn door het zegenend scheppen van God in staat tot voortplanting. Toch is er verschil tussen dier en mens. Dieren zijn redeloos, de mens heeft een rede. God heeft hem met rede geschapen om die te gebruiken in zijn dienst aan God. Dat kunnen dieren niet. Bij dieren heeft God een instinctieve voortplanting ingeschapen. Bij de mens is er ook de seksuele aantrekkingskracht, maar niet door een instinct aangedreven. De mens moet hierbij dus zijn rede op verantwoorde wijze gebruiken.

Mens, je hebt nu de mogelijkheid om:

  • Te heersen over al het geschapene;
  • Je te vermeerderen en talrijk te worden, je bent vruchtbaar;
  • De aarde te vervullen en te onderwerpen;
  • Om zaaddragend gewas te eten;
  • De aardbodem te bewerken en te onderhouden;
  • Dieren naar hun aard een naam te geven;
  • Op Mij in te spreken.

Maar je hebt ook de mogelijkheid, de vrije wil, om in liefde voor Mij er voor te kiezen Mij te gehoorzamen. Kiezen? Gehoorzamen? Waarvoor en waaraan? Welk gebod? Daarom stelt God een verbod om de mens de kans te geven om uit vrije wil voor Hem te kiezen en Hem te gehoorzamen. Een relatie van wederkerigheid in plaats van een eenzijdige relatie waarin 1 partij niet anders kan doen dan dat wat de andere Partij gemaakt heeft.

Noblesse oblige

Dus mens: Je hebt volledig de mogelijkheden, ga heersen, onderwerpen, vermenigvuldigen en vervullen, maar . . . . gebruik je verstand!! Gebruik je verstand, je hart en al je krachten. Laten je keuzes bepaald worden door je liefde voor Mij. In een weg van uit vrije wil in liefde voor Mij kiezen, in een voortdurend afstemmen op Mij zul je al de mogelijkheden die Ik in de schepping heb gelegd, ontdekken. Heb Mij lief, met heel je hart, met heel je ziel en met heel je verstand en al je kracht.

Gen.2:15 “En de Here God nam de mens en liet hem rust vinden, om zich te settelen, in de hof Eden om die te dienen (bewerken) en om die in stand te houden en de wacht te houden (bewaren).

Geen druk. Geen onmogelijke opdracht, maar genieten,  tot je doel te komen. God geeft de mens een habitat waarin hij volledig tot zijn recht komt. De omstandigheden zijn precies afgestemd op waartoe de mens is geschapen.

Nu jij, mens! Blijf jij afgestemd op Mij. Geniet en houdt de wacht dat alles tot eer en glorie voor Mij blijft en wordt.

Naar de volgende pagina. Daar gaan we Eva ontmoeten.


Bekijk ook eens deze boekbespreking over de theologie van J.H. Gunning Jr.

Plaats een reactie

Inhoudsopgave